20151007-IMG_9483

"De slimme aanbesteder gaat nu al voorsorteren"

Breman Utiliteit Rotterdam heeft de afgelopen jaren kleine stappen gezet, maar tegelijkertijd reuzensprongen gemaakt. In 2013 toen Hugo Qualm voor het eerst bij Breman binnenstapte werkten er amper vijf mensen bij het lokale bedrijf. Tegenwoordig zijn dat er een stuk of zestig. En hoewel kwantiteit niets zegt over het werk dat ze leveren, toont het wel aan dat het bedrijf een gestage groei doormaakt. “Een teamprestatie kan je wel zeggen”, vertelt Hugo , directeur Breman Utiliteit Rotterdam.

Breman Utiliteit Rotterdam is ontstaan na een afsplitsing (2013) van Breman Berkel (particulier/verketeling). De weg naar groei en ontwikkeling lag na de afsplitsing open voor utiliteitswerk in de regio West. “Wat we eigenlijk zijn gaan doen is bouwen, maar met behoud van resultaat. Stap voor stap. Zo zijn we ook met het personeel door blijven groeien tot pakweg twintig medewerkers. Omstreeks 2015 zijn we gestart met de divisies. Waarbij de focus ook lag op meer samenwerken. Meppel is toen opge­gaan in Zwolle en Almere is feitelijk in 2017 samengegaan met onze locatie in Rotterdam”, vat Hugo kort samen. Alle plannen zijn inmid­dels in werking gesteld. Vanuit de divisies is het van belang dat de samenwerking meer gestalte krijgt, in Rotterdam wordt het bewijs geleverd dat dit zo is.

Het bedrijf richt zich met haar werkzaamheden met name op projecten vanuit de warme relaties, zoals scholen en kantoren. Hugo merkt dat er in de procedure, voordat een project wordt aangenomen, een verschuiving plaatsvindt. “Je werkt nu veel meer in een bouwteam met andere bedrijven, waarbij iedereen zijn of haar eigen ‘taak’ heeft. Er worden afspraken gemaakt en doelstellingen beschreven. Door gezamenlijk een goed resultaat neer te zetten, levert dat je goede referenties op en bovendien vertrouwen. Met als gevolg dat de slimme aanbesteder nu al gaat voorsorteren.”

Zelf zal hij het niet snel zeggen, maar in feite is Hugo een ‘self-made-man’. Hij is begonnen in het montagewerk en is doorgegroeid. De laatste jaren voor Breman was hij actief in een middelgroot installatiebedrijf. “Ik kwam vanuit een installatiebedrijf in Leiden. “Breman is een woningbouwer, dat past niet bij mij”, was mijn eerste gedachte. Maar omdat de klus, het verder opbouwen van een U-bedrijf, mij erg aansprak, kwam ik er juist achter dat het ‘Bremanisme’ mij erg aanspreekt. De kern­waarden, de platte organisatiestructuur, waar wij voor willen staan, past mij juist als een jas.”

De reuzensprongen hebben het Rotterdamse bedrijf al veel opgeleverd, maar met kleine sprongen wordt er uiter­aard nog naar de toekomst gekeken. “Een vraag­stuk is en blijft de werving van medewerkers We moeten antwoorden vinden op vragen als: waarom willen mensen collega van ons worden en belangrijker nog, hoe houden we ze bij ons? Ook als bedrijf kijken we naar basiszaken die goed moeten zijn. Nu streven we naar conti­nuïteit en stabiliteit. Op onze afdeling project hebben we momenteel ingezet op twee project­teams, ieder met haar eigen voorzieningen en de juiste bemanning aan boord. We denken ook graag verder, als in: hoe kunnen we ons landelijk profileren, hoe zijn we als divisie utiliteit een gezicht naar de markt? Een voorbeeld is een gezamenlijk landelijk nummer voor utiliteit, een gedeelde meldkamer en op elkaar afgestemde werkprocessen. Daarmee stralen we uniformiteit uit, maar vooral professionaliteit! Afgelopen zomer hebben we ook een project met OTIB en Metechnica gedaan, waarbij we zij-instromers en leerlingen hebben getoetst op hun vaardigheid. We kijken waar ze staan in hun handelen om ze vervolgens handvatten te geven. Tien van de veertien leerlingen zijn succesvol geplaatst. Twee daarvan werken er nu bij ons. Daar zit dus ook nog volop muziek in.”

Voorlopig blijft het bedrijf doen waar het goed in is: kleine stappen maken, maar onder­tussen als sterke onderneming groeien.